Tips voor het repareren van de schoorsteen
Onderhoud aan uw schoorsteen is belangrijk. Wanneer u de schoorsteen verwaarloosd kunt u vochtplekken in het plafond rondom de schoorsteen krijgen. Is de schoorsteen gescheurd of erg poreus, dan is afbreken de enige optie. Tenzij de schoorsteen nog te reparen valt natuurlijk. Hoe dat moet leest u hier.
Stap 1: Voorbereiding voor de reparatie
- Uw eigen veiligheid is het belangrijkst! De schoorsteen is vaak lastig te bereiken. Zorg dat u vanaf een stabiele ondergrond kunt werken.
- Draag bij het hak-en breekwerk werkhandschoenen en een veiligheidsbril.
Stap 2: Voegen van de schoorsteen vernieuwen
- Hak de oude verweerde voegen circa 1 cm uit met behulp van een steenbeitel.
- Borstel de voegen goed schoon met een staalborstel. Borstel vervolgens de voegen met een natgemaakte zachte borstel.
- Zorg ervoor dat de nieuwe voegspecie in kleur niet afwijkt van de bestaande voegen. De tint van de voegspecie is aan te passen door er kalk doorheen te mengen.
- Nu kunnen de voegen gevuld worden. Maak de specie aan volgens de handleiding of gebruik kant-en-klare-specie.
- Vul de voegen met een voegspijker. Verwijder de overtollige specie en veeg de voegen na met een natte borstel.
Stap 3: Mortellaag repareren
- Hak de beschadigde stukken mortel voorzichtig los met behulp van een steenbeitel. Borstel de plek schoon met een staalborstel en maak hem nat.
- Maak de specie aan met water tot er een redelijk stijve massa ontstaat. Met deze specie moet u het beschadigde deel van de mortellaag afvullen.
- Zorg ervoor dat de nieuwe specie goed aansluit op de bestaande mortellaag. Strijk de bovenkant glad met een troffel.
- Maak de nieuwe mortellaag een uurtje later opnieuw schoon en deze keer met een natgemaakte zachte borstel.
Stap 4: Loodslabben vervangen
- Verwijder het oude lood. Krab de voegen waarin de loodslabben vast zaten circa 1 cm diep uit.
- Knip het lood voor de opstaande rand op maat met een blikschaar. Maak de rand 2 cm breder dan nodig en vouw hem over de hele lengte 1 cm om.
- Steek het lood met de omgeslagen rand in de uitgehakte voeg.
- Knip stukken lood van circa 1 cm breed. Het mogen reststukken zijn omdat u hiervan loodproppen moet maken.
- Klem deze loodproppen (eventueel met een hamer) in de openstaande voegrand om het lood enigszins vast te zetten.
- Maak de specie aan met water tot er een redelijk stijve massa ontstaat. Met deze specie moet u de voeg afvullen met behulp van een voegspijker.
- Knip vervolgens de zogenaamde ‘loketten’ op maat. Bevestig deze op dezelfde manier in de bovenliggende uitgehakte voegen.
- Zorg ervoor dat ze aan de onderkant minimaal 2 cm over de opstaande loodrand heen vallen.
